Het polderdorp Bant had bij de stichting in 1951 drie kerken; gereformeerd, hervormd en rooms katholiek. Zo ging dat bij alle polderdorpen. Door de jaren heen is de kerkgang teruggelopen en zijn al die verschillende kerkgebouwen niet langer open te houden. De fusie tussen de hervormde en de gereformeerde kerk in Bant valt samen met het vrijkomen van de Rooms Katholieke kerk in Bant. De parochie hier gaat samen met de parochie van Creil en Rutten en het markante kerkgebouw aan het Zuidwend 2 komt vrij. Het bisdom biedt de kerk aan en de keuze voor dit gebouw als nieuw thuis voor de fusiekerk is snel gemaakt.
“De architectuur van de voormalige Rooms Katholieke kerk is traditionalistisch en verwant aan de Delftse school.”
Het gebouw is een ontwerp van de architect A. Vosman en dateert uit 1955. De architectuur is traditionalistisch en verwant aan de Delftse school. Kenmerken zijn een eenvoudige baksteen architectuur en beperkte ornamentiek. De kerk heeft een nederig voorkomen en is functionalistisch van aard. De hoofdvorm van de kerk bestaat uit drie beuken met wanden, bogen en gewelven in schoon metselwerk. Vanwege de cultuurhistorische, de stedenbouwkundige en architectonische waarde staat de Bantsiliek op de gemeentelijke monumentenlijst. Daarnaast ontleent het kerkgebouw zijn waarde aan de grote mate van herkenbaarheid en aan de gaafheid van in- en exterieur.
“Het gebouw is een ontwerp van de architect A. Vosman en dateert uit 1955.”
De doelstelling van de verbouw was dat de Bantsiliek een multifunctioneel kerkcentrum zou worden met zeer brede gebruiksmogelijkheden. Het programma voor de verbouw was dan ook uitgebreid. Er moest een nieuwe ontmoetingsruimte komen, een extra zaal, een nieuwe zaal op de verdieping en een dagkapel die tevens dienst kon doen als aula. Daarnaast moest er plaats komen voor een keuken, afgestemd op de nieuwe gebruiksfuncties, meer toiletten, een invalidentoilet, voldoende garderoberuimte en een lift.
“In het ontwerp was het uitgangspunt de bestaande structuur en kwaliteit niet te doorbreken.”
In het ontwerp was het uitgangspunt de bestaande structuur en kwaliteit niet te doorbreken. Door met losse elementen van staal, glas en hout te werken, die als meubelstukken de ruimte opdelen, zijn de ingrepen zeer ingetogen gebleven. Het doorzicht door de drie beuken blijft in tact en alle benodigde ruimte wordt inpandig gevonden. Naast het ontwerp voor de verbouw is ook een ontwerp gemaakt voor het liturgisch meubilair, passend bij de nieuw context.
“Door met losse elementen van staal, glas en hout te werken, die als meubelstukken de ruimte opdelen, zijn de ingrepen zeer ingetogen gebleven.”